Op 13 oktober 1863 krijgt Nanne Jans Huges uit Onstwedde uit de nalatenschap van zijn ouders het eigendomsrecht toegeschoven van diverse Westerwoldse percelen. De gezamenlijke waarde van zijn deel is meer dan ƒ85.000 en het stukje grond van Musselweg 29 is daar maar een heel klein gedeelte van (bron RHC GrA T122-152-10) . Op 27 december 1878 verkoopt hij het beklemrecht van Musselweg 29 aan Geert Buurman te Kopstukken. Geert heeft er ƒ1500 voor over. De vaste, altijddurende, niet opzegbare en overerfelijke pacht wordt vastgesteld op ƒ60,- per jaar. Volgens de omschrijving gaat het om ca. 5,5 ha bouw-, hooi en weiland (bron RHC GrA 120-5-234) . In 1879 staat er een huis (bron RHC GrA kadastrale leggers nr.2107-17) . Ja, en dan komt augustus 1891. Een maand waarin voor de familie veel veranderd: op 6 augustus overlijdt zoon Harm, 22 jaar oud. Op 15 augustus overlijdt dochter Helena, 17 jaar oud. Een dag later, op 16 augustus overlijdt dan pa zelf. Wat is er aan de hand? Een besmettelijke ziekte? Dat kan bijna niet, want het sterftecijfer in het dorp is “normaal”. Het is dus gissen naar de oorzaak. Voedselbederf, een dood dier in de waterput? We zullen het waarschijnlijk nooit weten. Het duurt meer dan 10 jaar voordat de erfgenamen van Geert zijn bezit verdelen. Om dat te kunnen doen is er op 23 juni 1902 een openbare veiling in het café van Jan Scheper. Naast roerende goederen worden ook de onroerende goederen te koop aangeboden. Behalve het vee, de vruchten op het veld en allerlei boerengereedschap worden diverse meubelstukken en keukengerei verkocht. Vrouw Buurman trekt bij één van de kinderen in, waarschijnlijk bij dochter Maria. Veel vee is er niet: 1 paard, 2 koeien, 1 vaars, 1 pink en 3 varkens. De totale opbrengst van de roerende goederen is bijna ƒ1200,- (bron RHC GrA 119-111-4857) . Met de verkoop van het boerderijtje wil het minder goed vlotten. Met een bod van ƒ2000,- is schoonzoon Gerhardus Kuipers de hoogste bieder (bron RHC GrA 119-111-4856) . Waarschijnlijk heeft Gerhardus mee geboden om de prijs op te drijven en is hij, en dus de familie, er aan blijven zitten. De familie wil een nieuwe veiling bij palmslag. Deze komt er op 7 juli 1902 en dan wordt het onroerende goed wel verkocht. Hendrik Bruins is de nieuwe eigenaar voor ƒ2075,- (bron RHC GrA 119-111-4879) . De bevolkingsregisters moeten nog laten zien wie deze Hendrik Bruins was. Lang woont Bruins er niet, want op 9 mei 1906 verkoopt hij het aan Berend Schuitema. Nanne Jans Huges, verkoopt gelijktijdig zijn pachtrecht aan Berend. Berend betaalt voor de boerderij ƒ3700,- en voor het eigendomsrecht van de pachtgrond ƒ1300,- (bron RHC GrA 119-122-6934) . De koopsom voor het eigendomsrecht is geen kwestie van onderhandelen geweest; het is al vastgelegd in 1878 bij de verkoop van het beklemrecht aan Geert Buurman. Op 6 september 1917 verkoopt landbouwer Berend Schuitema zijn boerderij en een vijftal percelen grond aan Harm Kiewiet uit Roswinkel voor ƒ10100,- (bron: RHC GrA 122-299-511) . Op 16 mei 1918 leent Harm ƒ3000 en geeft zijn onroerende goederen in onderpand; hij woont inmiddels in Mussel (bron RHC GrA 122-303-285) . Als het echtpaar Kiewiet redelijk kort na elkaar in 1951 komen te overlijden overleggen de drie dochters met hun echtgenoten hoe de bezittingen van hun ouders verdeelt moeten worden. Ze zijn het met elkaar eens en Berend Bessembinders, getrouwd met Aaltje Jacoba Kiewiet, wordt het bezit gegund voor een betaling van ƒ7500 aan elke van beide zussen (Bron: RHC GrA OZ$-1079-40- WST) . Berend en Aaltje Jacoba wonen al op deze plek, waarschijnlijk in de andere helft van deze woning (bron: Bevolkingsregister Onstwedde . Wordt vervolgd….. Musselweg 28 Musselweg 30 Musselweg 1 t/m 39

Bovenstaand kaartje geeft de situatie van 1912 weer van dit stukje Musselweg. M3234 is de boerderij op Musselweg 29 (kadasterviewer RHC GrA) .